Het besturen van een voertuig met een digitale tachograaf zonder bestuurderskaart is over het algemeen verboden en kan leiden tot flinke boetes. De regelgeving moet strikt worden nageleefd, maar in specifieke situaties gelden bepaalde uitzonderingen. Ontdek de belangrijkste regels, uitzonderingen en mogelijke gevolgen van rijden zonder bestuurderskaart in onze uitgebreide handleiding. Hieronder vindt u meer informatie over wanneer u wettelijk mag rijden zonder bestuurderskaart en hoe u op de juiste manier met dergelijke situaties omgaat.
Wat is een bestuurderskaart en waarom is deze nodig?
Bestuurderskaarten zijn een essentieel digitaal onderdeel van voertuigen met een tachograaf, voornamelijk bussen en vrachtwagens. Gegevens zoals gereden kilometers, rijtijden, afstanden en soorten ritten worden nauwkeurig geregistreerd en zijn direct gekoppeld aan de bestuurder. Met deze kaart kan de naleving van de voorschriften op het gebied van rij- en rusttijden door de autoriteiten worden gewaarborgd. De kaart is niet alleen een hulpmiddel om toezicht te houden; het is wettelijk verplicht om de door de tachograaf geregistreerde activiteiten te valideren. Hierdoor is de kaart van cruciaal belang voor zowel de wettelijke status van de bestuurder als de verkeersveiligheid. Zonder deze kaart riskeren bestuurders aanzienlijke boetes en straffen.
Situaties waarin rijden zonder bestuurderskaart is toegestaan
De algemene regelgeving schrijft het gebruik van een bestuurderskaart voor wanneer een voertuig met een digitale tachograaf wordt bestuurd, maar er zijn uitzonderingen waarbij het is toegestaan om zonder kaart te rijden. Deze uitzonderingen betreffen meestal situaties van verlies, diefstal of beschadiging van de kaart. In dergelijke gevallen mogen bestuurders tot vijftien dagen zonder kaart verder rijden, in afwachting van een vervangende kaart.
1. Melding en vervanging. Na het ontdekken dat de bestuurderskaart verloren of gestolen is, moet de bestuurder dit onmiddellijk melden en een vervangende kaart aanvragen. Dit kan over het algemeen in heel Europa worden gedaan via lokale vervoersautoriteiten of daartoe aangewezen websites.
2. Registratie en bewijs. Tijdens de overgangsperiode zonder kaart moeten bestuurders hun rij- en rusttijden handmatig documenteren. Dit wordt gedaan door aan het begin en einde van elke rit een afdruk te maken van de digitale tachograaf. Deze uitdraaien dienen het volgende te bevatten:
- De naam en handtekening van de bestuurder.
- De datum en tijd van de afdruk.
- Details van rijtijden, overige werkzaamheden, beschikbaarheid en rusttijden.
3. Procedures voor het afdrukken.
- Bij aanvang van de rit. Maak een afdruk met de begintijd, de identificatie van de bestuurder (naam en kaartnummer of rijbewijsnummer) en de beoogde activiteiten voor de rit.
- Na afloop van de rit. Maak een andere afdruk met alle activiteiten die tijdens de rit zijn voltooid. Het is belangrijk om alle details te registreren die niet automatisch door de tachograaf worden vastgelegd.
Deze uitdraaien vervangen tijdelijk de digitale gegevens die normaal op de bestuurderskaart worden opgeslagen. Ze vormen dan ook een wettelijke registratie van de naleving van de richtlijnen rondom rij- en rusttijden. Het is noodzakelijk om deze documenten nauwkeurig in te vullen en te bewaren, omdat ze bij inspecties of controles nodig kunnen zijn om na te gaan of de transportvoorschriften worden nageleefd.
Het niet naleven van deze procedures kan leiden tot hoge boetes en kan bovendien de professionele reputatie van een bestuurder schaden. Zorg er daarom altijd voor dat u volledig op de hoogte bent van de specifieke vereisten en procedures in uw rechtsgebied, of raadpleeg indien nodig een expert op het gebied van naleving van transportregels.